Niet de verkoudheid, maar de val van afgelopen week heeft mij toch weer het ziekenhuis in gejaagd. Tenminste, dat dacht ik, maar inmiddels zijn daar alweer andere gedachten over bij degenen die het kunnen weten. Hevige pijn in het bekken en ineens niet meer kunnen plassen. Behalve tijdens een hevige hoestbui maar dan zit ik helaas nét niet op de wc, dus dat werd een drijfnat drama. Na een nacht van onderzoeken (bloed, urine, foto's en scans) en uren wachten mocht ik om half twee eindelijk slapen, maar niet in mijn eigen bedje. Door het stroeve beddengoed hier in het ziekenhuis kan ik amper draaien of bewegen. Komende nacht mag ik een bedzeil waarmee ik misschien iets meer kan. Ik lig tot nu toe volledig in onmacht in een beroerde positie. Maar toch 2 nachten geslapen als een baksteen. Baksteen?
De eerste morgen wakker gemaakt door een lieve zuster - die het een eer vond de winnaar van het Frysk Diktee live te ontmoeten - die me mijn eerste pilletje in de mond wilde stoppen en er water achteraan gieten. Maar dat strookt niet met mijn gebruiksaanwijzing. Zo gebeurden er nogal wat andere dingen die je als persoon met ALS beslist niet wilt hebben! Door schade en schande wijs geworden en indachtig wat ik maar noem het Fernando Ricksensyndroom, vulde ik in alle vroegte mijn spraaksysteem met nuttige wenken ter voorkoming van ongelukken, zodat ik volgende verpleegsters een slag voor ben.
Maar zonder uitzondering zijn ze allemaal o zo lief en zorgzaam. En goedlachs. (Wat ook weer niet je-dát is want van lachen krijg ik hoestbuien waar ik dan weer smoor, en die doen pijn in het bekken.) De meesten hier verstaan en begrijpen me wonderwel, maar de spraakcomputer maakt wel overuren.
En verder
Inmiddels lig ik hier al drie nachten en er komt zeker nog drie bij. De ontwikkelingen volgen elkaar zo snel op dat ik het met Sprakeloosjes niet meer kan bijhouden. Heb wel tien verhalen in de steigers staan maar of die allemaal het licht nog gaan zien...? Ik zal proberen jullie in dagboekvorm op de hoogte te houden. Het zijn momenteel niet de meest vrolijke verhalen. Binnen 36 uur ben ik getransformeerd van een stoer, zelfredzaam bezig bijtje naar een gebroken wrak met helse pijnen die door twee helpenden moet worden verzorgd en voor elk wissewasje extra handen nodig heeft. En zit waar ze zit. Maar we houden de moed erin!